1933_Licorne_L760

Société des Automobiles LA LICORNE
5, Rue Adolphe La Lyre (Anciennement Rue Mathilde)
COURBEVOIE Banlieue de Paris ( Nord Ouest )

1899,M. J Corre commença à vendre des voiturettes Peugeot, De Dion et Renault et ses propres quadricycles et tricycles à moteur.

In 1899 begon J. Corre wagentjes van Peugeot, Dion en Renault te verkopen en tevens zijn eigen gebouwde quadricycles en driewielers met een motor op het wiel.

En 1901, la Compagnie Française des Automobiles Corre fut fondée par J. Corre, il installe à Levallois-Perret. "Banlieue de Paris". La première voiture de la firme fut une voiture de course car la compétition était la seule publicité de l'époque

In 1901 richtte Corre de ‘Franse Maatschappij van de Auto's’ op. Hij vestigde zich in Levallois-Perret. "Voorstad van Parijs". De eerste auto van de onderneming was een auto van wedloop want concurreren was de enige reclame in die tijd.

Après 6 années de fonctionnement,Corre décide donc de vendre la firme en 1907 à Firmin Lestienne qui est un homme financièrement puissant. La nouvelle firme est donc baptisée Corre-La Licorne, en hommage à l'animal mythique qui figure sur les armoiries de famille du nouveau propriétaire. Petit à petit, le nom de Corre disparaîtra et l'on nommera à la fin les voitures que sous le nom de La Licorne. Peu après Corre quitta la société pour fabriquer des automobiles sous le nom de J. Corre ou J.C.

In 1907 besloot Corre om een samenwerking aan te gaan met de onderneming van Firmin Lestienne. Firmin Lestienne was een financieel machtige man en bezat o.a. een textiel fabriek. De naam van nieuwe onderneming werd omgedoopt in ‘Corre-La Licorne’ .La Licorne (Eenhoorn) ter ere van het mythische dier dat op het Familie wapen van familie Lestienne voorkwam. Langzamerhand verdween de naam Corre, mede door het nieuwe ronde embleem wat men later toepaste en werden de auto’s onder de naam La Licorne verkocht. Kort nadien verliet Corre de maatschappij om zelf auto's te vervaardigen onder de naam van J. Corre of J.C.

En 1925, les ateliers déménagent pour Courbevoie, il fabrique des automobiles des pièces sont communes avec les Citroën , moteur 9cv à 3 ou 4 vitesses pont arrière et châssis .

In 1925 verhuisde Lestienne zijn werkplaatsen naar Courbevoie. Daar bouwde hij auto’s waarvan menige voorzien waren van een 9CV Citroën motor, een versnellingsbak met 3 of 4 versnellingen, achterwiel aandrijving en raamwerk.

La Licorne a construit aussi des véhicules utilitaires comme des camionnettes, des camions et des autobus.

Licorne heeft naast personen auto’s eveneens bestelwagens, vrachtwagens en bussen gebouwd.

1932. Au niveau des voitures de tourisme, deux nouveaux modèles 8 CV référencés L 760 et LRW sont commercialisés, caractérisés par une boîte trois rapports et des freins sur les quatre roues.

In 1932 werden twee nieuwe modellen personenauto’s op de markt gebracht. De 8 C.V. (Licorne motor) L 760 en LRW. Deze waren gekenmerkt door een versnellingsbak met drie versnellingen en remmen over al de vier wielen.

En 1941 a 1943 pendant que La Licorne produit des utilitaires à Gazogènes, ainsi que quelques centaines de coaches,Ettore Bugatti acquiert la majorité des parts de La Licorne.

Tussen 1941 en 1943 bouwde Licorne producten voor Gasgenerators, alsmede enkele honderdtallen trainers en kreeg Ettore Bugatti de meerderheid van de aandelen van Licorne.

Modèle Grand Luxe, 4 places, 4 portes (Prix d'honneur au concours d'élégance)

Een luxe Model, 4 plaatsen, 4 deuren, 4 draaibare ramen.(een eer aan Prijzen voor sierlijkheid)

Année	N° de série
1933	15845 à 16134 et 59001 à 59409 et 65001 à 65.064 et 75155 à 75749

A la libération, le plan de restructuration des industries, dirigé par M. Pons, oublie les petits constructeurs, et Citroën ne fournit plus de moteurs à Courbevoie. La Licorne se voit donc contrainte d'équiper les versions utilitaires d'un ancien moteur 6cv de 1.4 l. datant de 1931. Le véhicule est curieusement rebaptisé 164LR. Par la suite viendra la grande crise économique et la seconde guerre mondiale qui affecteront profondément l'entreprise. Elle tiendra tout de même le coup jusqu'en 1949, date à laquelle la firme disparaîtra.

La Licorne est revendue au Gaz Lebon et l’usine sera ensuite rachetée par Renault pour y produire des utilitaires. Aujourd'hui, l'ancienne usine est encore debout, elle abrite la succursale Renault de Courbevoie.
Corre et La Licorne auront réalisés plus de 200 modèles différents, et produit un peu plus de 33.000 véhicules de 1901 à 1949.

Na de bevrijding leidde De heer Pons het saneringsplan van de industrieën maar hij vergat het de kleine fabrikanten. Citroën kon of wou geen motoren meer leveren aan Courbevoie. Licorne werd zo dus verplicht om hun nieuwe auto’s ( rebaptisé 164 LR) te voorzien van oudere gedateerde motoren uit 1931 van het Type 6 CV en 1.4 L.
De grote economische crisis en de tweede wereldoorlog heeft de onderneming geen goed gedaan en moest ze haar deuren sluiten in 1949.
De fabriek Licorne werd aan het Gas Lebon verkocht en vervolgens door Renault afgekocht die er utilitaires ging produceren.
Vandaag de dag bestaat de oude fabriek nog steeds in Courbevoie onder de naam Renault.
Corre en Licorne hebben tussen 1901 en 1949 meer dan 200 verschillende modellen gemaakt, en ongeveer 33.000 voertuigen.

voiture appartenant a M. Robin Buitenhuis des Pays-Bas "Nederland"
page web : www.lalicornenederland.tk La Licorne Club Nederland

marque	La Licorne
modèle	L760 homologué le 07/10/1931
année	1933
	Période de production 1931 à 1935
carrosserie	Conduite intérieure
moteur	4 cyl., de 1450 cm3 à soupapes latérales, Alésage/course 76 x 80 mm,Puissance fiscale 8CV, boîte trois rapports et des freins sur les quatre roues